Herinneringen aan Hans Wiedeman 1932-2022

door Steve Austen

Bescheidenheid, betrokkenheid, onbaatzuchtigheid

Vaak besef je pas later hoe allesbepalend en ingrijpend een persoonlijke, ogenschijnlijk min of meer toevallige ontmoeting voor je leven is geweest. Bij mij vond die plaats rond mijn 25ste. Ik weet niet meer hoe de afspraak met Hans tot stand kwam, wie het initiatief had genomen en wat de precieze aanleiding was. Wél weet ik dat de gevolgen van die eerste ontmoeting op het kantoor van Bureau Jeugdzaken van de Gemeente Amsterdam aan de Oranje Nassaulaan voor mijzelf, maar zeker voor het culturele leven van Amsterdam nogal ingrijpend waren.

Dat kwam niet zozeer door het frequente overleg dat Hans en ik sinds die eerste kennismaking hadden, maar door het samengaan van elkaar versterkende bewegingen, trends zou je nu zeggen, waarvoor Hans zowel als ik de respectievelijke initiërende rol vervulden. Dat alles speelde zich af begin jaren 70, een periode waarin, bij gebrek aan alternatieven, iets dat aansloeg in no time een doorslaand succes kon worden.

Hans, een originele ambtenaar jeugdzaken met een fijnzinnige antenne voor de tijdgeest, had al in 1967 het allereerste popfestival van Nederland van de grond gekregen: Hai in de Rai, in de “oude Rai”. Het is de vraag of de stadsbestuurders van die tijd de dubbelzinnigheid in de titel van dit evenement überhaupt hebben opgemerkt. Het was al snel de tijd van Koos Zwart die op de VARA radio iedere week de prijzen van hasj en marihuana voorlas in de rubriek beursberichten. Een onverbiddelijk nieuwe tijd diende zich aan waarbij de honger van de babyboomgeneratie erop wachtte gestild te worden.

Dat kon bijvoorbeeld in het net opgerichte Shaffytheater in Felix Meritis, waarvan ik na het speelseizoen van Ramses’ programma Shaffy Chantate uitbater, directeur/eigenaar en programmeur was geworden. Naast wereldberoemd in Nederland was zanger/performer Shaffy de ongekroonde koning van de Amsterdamse subcultuur. Een zich steeds uitbreidende groep filmmakers, kleine en grote acteurs, zangers, komedianten en musici van allerlei slag, die elkaar ‘s avonds en ‘s nachts ergens in Amsterdam in de groep rond Ramses tegenkwamen. Eén van de ervaringen die zij met elkaar deelden was het besef dat er geen enkel podium te vinden was voor incidentele of ook reeksen voorstellingen van dit uitdijende artistieke wereldje.

Juist door mijn vriendschap met Ramses, wiens manager ik nog steeds was, wisten tal van plannen- en potsenmakers de weg naar Shaffy te vinden. In de meeste gevallen brachten zij hun eigen publiek mee. Leeftijdgenoten, allen representanten van de naoorlogse geboortegolf, de babyboomers kortom.

Daarvoor was er nauwelijks cultureel aanbod in de stad te vinden. Daar moest nodig wat aan gedaan worden, had de voortvarende ambtenaar jeugdzaken Hans Wiedeman bedacht. Inmiddels had hij het allengs populairder wordende blad Plug voor CJP’ers opgericht dat hij grotendeels zelf volschreef met mooie en vooral toegankelijke en voordelige aanbiedingen voor de hongerende doelgroep.

Wat voor de hand lag gebeurde ook: Shaffy besloot CJP’ers altijd bij alle voorstellingen voor de halve prijs toe te laten en Hans schreef opwekkende stukken over al het moois dat in Shaffy te zien en te horen was.

Opmerkelijk voor die periode was dat alles zich binnen één leeftijdsgroep afspeelde: de artiesten, de bezoekers, het service- en barpersoneel, iedereen maakte deel uit van dezelfde ervaringsgemeenschap. Dit bijzondere kenmerk zorgde ervoor dat rangen en standen verdwenen, zoals Hans Wiedeman destijds voor ogen stond, afgaande op een van zijn spaarzame interviews: “ook de meisjes van de huishoudschool moeten van het culturele aanbod gebruik kunnen maken”.

Zo was het ook werkelijk, niet alleen op het toneel, maar ook achter de knoppen, aan de kassa, bij de bar of bij de deurwacht: studenten, werkende jongeren (een term uit die tijd) werkloze kunstenaars, en alternatievelingen uit de opkomende kraakscene beleefden met elkaar een nieuwe leefstijl en uitgaanspraktijk.

Natuurlijk moest een en ander ook ordentelijk georganiseerd worden: Hans zorgde ervoor dat er een stichting werd opgericht (de Stichting Shaffytheater, die nog steeds bestaat), dat er een mooi bestuur verscheen, échte begrotingen kwamen en de gemeente Amsterdam niets aan te merken kon hebben op de afrekeningen die met het verschijnen van de eerste subsidies geproduceerd moesten worden.

Het boek Margetheater in Nederland, dat bij het 10-jarig bestaan van Shaffy verscheen, getuigt van de groei en bloei van het moderne Vlakke Vloer theater dat zonder Hans beslist niet zo overtuigend van de grond zou zijn gekomen.

Amsterdam, oktober 2022